Bij deze opdracht ga je een mobielhouder maken met een puntlas verbinding. De breedte moet je aanpassen voor jouw eigen mobiel en je mag zelf de vorm van de
uiteinden bepalen. Je hebt 4 lessen de tijd om het te maken.

Het werkstuk moet aan de volgende eisen voldoen:

- het werkstuk moet netjes geknipt worden,

- het werkstuk moet ruimte bieden voor een mobiel,

- het werkstuk moet goed geschuurd zijn.

Bedenk zelf ook nog twee eisen, bijvoorbeeld een die iets zegt over de
vorm en een ander die iets zegt over de manier van bevestigen.

Het materiaal wat je voor deze opdracht mag gebruiken is: een strook blik
van 350 x 50 x 0,5 mm


Opdracht 1.

Werk de onderstaande vragen uit op een ruitjesblad maak hiervoor gebruik van de informatie.

1. Aan welke eisen moet het werkstuk voldoen en welke heb je zelf bedacht?
2. Wat voor materiaal ga je gebruiken en hoe groot?
3. Maak een planning van de tijd, werkzaamheden en het te gebruiken gereedschap.
4. Uit welke vorm wordt metaal gehaald?
5. Welke soorten erts zijn er zoal?
6. Hoe haalt men metaal uit erts?
7. Hoe maakt men plaatstaal?
8. Wat is een legering?
9. Waarom mixt men verschillende metalen door elkaar?
10. Noem enkele voorbeelden van een legering?
11. Wat zijn Ferrometalen?
12. Wat zijn Non Ferrometalen?
13. Blik is dun gewalst plaatstaal, is dit dus een ferro of non ferrometaal?
14. Hieronder staan de werkzaamheden die je gaat verrichten bij het maken van de mobielhouder en de gereedschappen die je gaat gebruiken. zet de werkzaamheden in de juiste volgorde en schrijf de gereedschappen op die je er voor gaat gebruiken.

Werkzaamheden: knippen recht, schuren, aftekenen, lassen, vijlen, buigen, knippen vorm.

Gereedschappen: zetbank, vijl, puntlasapparaat, latoenschaar, knipbank, watervast schuurpapier, blokhaak.

 

 


Opdracht 2.

Hier zie je de maten van de uitslag van de mobielhouder. Natuurlijk moet je een maat aanpassen aan de breedte van jouw mobiel. Tevens zul je zelf een vorm moeten bedenken voor de uiteinden. Teken op een ruitjes blad de uitslag van jouw mobielhouder.

Opdracht 3.